ABSTRACTS SAMENVATTINGEN
Naar aanleiding van het overlijden van Dirk Struik

Amsterdam, vrijdag 20 april 2001

In het kader van het 37ste Nederlands Mathematisch Congres 2001.



Naar aanleiding van het overlijden van Dirk Struik


Programma

10.30- 11.00 uur
Dr. Marjolein Kool: Nederlandstalige rekenboeken uit de vijftiende en zestiende eeuw: Bouwen aan een brede basis

11.00-11.30 uur
Prof.dr. Peter Stevenhagen: College lopen bij Hilbert

11.30-12.00 uur
Prof.dr. Henk Bos: De betekenis van Dirk Struik als Historicus van de Wiskunde

Vrijdag 20 april 10:30 -- 12:00 in het Auditorium van de Vrije Universiteit te Amsterdam.





Samenvattingen

Marjolein Kool
Wie de Nederlandstalige rekenboeken uit de vijftiende en zestiende eeuw leest, ontmoet geen grootse en originele wiskundige gedachten, maar raakt na verloop van tijd onder de indruk van de inzet en toewijding waarmee de rekenmeesters de `nieuwe' rekenmethode met de pen, dat wil zeggen het schriftelijk rekenen met Hindoe-Arabische getallen, aan hun doelgroep onderrichten. Deze doelgroep, bestaande uit toekomstige koop- en ambachtslieden en beoefenaars van allerlei administratieve en financiële beroepen, krijgt honderden vraagstukken voorgeschoteld en uitgelegd, over het kopen en verkopen van allerlei goederen, het wisselen van geld, het berekenen van rente, de samenstelling van metaallegeringen, salarissen, enz. De `nieuwe' rekenkunde bleek zeer geschikt om dergelijke rekenkundige praktijkproblemen op te lossen en kon zich in een groeiende belangstelling verheugen. Op deze wijze zorgden de rekenmeesters voor een enorme verbreding van het Nederlandse rekenpotentieel.
Het is dit brede fundament waarop een originele wiskundige als Simon Stevin tot ontplooiing kon komen. In de voordracht gaat het vooral over de wijze waarop het brede rekenfundament werd gelegd. Wie meer wil weten over Simon Stevin zou bijvoorbeeld `Het land van Stevin en Huygens' van onze onvergetelijke collega Dirk Struik ter hand kunnen nemen.

Peter Stevenhagen
In de winter van 1925/26 volgde Struik een college getaltheorie bij Hilbert in Goettingen. Aan de hand van de aantekeningen die Struik van dit college maakte proberen we over zijn schouder mee te kijken en iets van de atmosfeer op te snuiven die er 75 jaar geleden in Göttingen geheerst moet hebben.

Henk Bos
Dirk Struik's overlijden geeft een goede aanleiding om weer eens zijn bekende, en minder bekende, werken over de geschiedenis van de wiskunde ter hand te nemen. Ze zijn meeslepend, en ze roepen, zoals goede teksten doen, de vraag op wat het geheim van de auteur is dat hem in staat stelt zijn lezers mee te slepen. Het geheim heeft natuurlijk met zijn persoonlijkheid te maken, maar ook met zijn ideeen over de wiskunde, haar plaats in de maatschappij en de functie van de studie van haar geschiedenis. In de voordracht zal ik naar dat geheim op zoek gaan - zonder het te vinden natuurlijk - hopend dat onderweg iets duidelijk wordt over Dirk Struik's betekenis als historicus van de Wiskunde.